Buitendingen die je voor je 12e gedaan moet hebben

Bij de (na)zomer en herfst hoort het buiten spelen. Laatst vond ik een artikel in NRC Handelsblad over de kinderen van deze tijd en het onbekommerd buiten spelen. Voor de lezers was er een oproep geplaatst: stuur je top vijf met buitendingen in. Wat moet elk kind voor zijn twaalfde gedaan hebben. Er werd door velen gereageerd. De jongste inzender was 6 jaar oud, de oudste 93. Een ding hadden de inzendingen gemeen, men was bezorgd over de vertrutting van de maatschappij, de (over)bezorgdheid, de helmpjes plus kniebeschermers en het permanente toezicht.

Het resultaat. Kinderen die niets meer mogen, weinig willen dan wel durven. Verplicht spelen ze soms buiten, maar verantwoord en op de daartoe aangewezen plekken. Ook officiële speelbossen, speelboerderijen en kant-en-klare boomhutten uit de bouwmarkt hangen van risicomijding aan elkaar. En overal is de rubberentegel generatie’ bevreesd voor. Een goedmoedige hommel of een zwerfmuisje kan een schoolklas al tot ongekende hysterie brengen.

Uit de inzendingen kwam naar voren dat er favoriete sleutelbegrippen blijken te horen bij de ‘buitendingen’: een geheime, en anders toch wel een eigen wereld, zonder grote mensen, op het randje van illegaal en van het gezonde verstand.

Verder blijkt dat men de ‘buitendingen’ koppelt aan volle, altijd boeiende dagen, maar ook vaak genoeg je een beetje vervelen, wat rondhangen (en niet laten afleiden door een dvd of mobieltje) wat vaak leidt tot mooie initiatieven.

De kindertijd als ontdekkingstocht, experiment, de rand verkennen, met vallen en opstaan wijs worden.

Wat levert het je kind op door ruimte te bieden aan buitendingen? Volgens de ervaring van de lezers een prettig onverzettelijke mentaliteit en het vermogen om overal mogelijkheden in te zien. Een kind dat nieuwsgierig is. En daar zou ik aan toe willen voegen een kind dat op zichzelf leert en durft te vertrouwen.

Een lovenswaardig streven lijkt mij, voor ouders, opvoeders en verzorgers. Vandaar als aanmoediging een bloemlezing uit de lijst van 50 buitendingen welke in geen enkele kinder-CV mogen ontbreken.

1. Boompje klimmen en uit de boom vallen en merken dat de grond meer meegeeft dan je dacht.

2. Kleine-beestjessafari. Een hommel aaien. Een dikke pier op je neus leggen.

3. Vlot maken. In een wrak bootje varen dat je steeds moet leegscheppen.

4. Dammetjes bouwen. De Donau afdammen (waar die als 30 centimeter breed stroompje begint).

5. Appels jatten. De smaak van een gekochte appel haalt het niet bij de smaak van een gestolen.

6. Gewond raken. Je eigen bloed proeven, die geheimzinnige ijzersmaak.

7. Bloemen plukken. Nectar uit de bloempjes van de dovennetel zuigen.

8. Vluchten. Liefst voor boze boer, buur of boswachter.

9. Boeiend ruiken. Grindstenen tegen elkaar ketsen dat de vonken eraf vliegen – en dan die rare geur.

10. Verdwalen. Per ongeluk. Nee, geen mobieltje bij je.

In de herfstvakantie heb je nog alle tijd om je hierdoor te laten inspireren…

Heb je een vraag of wil je reageren? Mail naar info AT kinderpraktijkliv DOT nl

Edith Speelberg (49) is kunstzinnig therapeut en moeder van twee kinderen waarvan de jongste meervoudig gehandicapt is. Elke maand beschrijft ze op haar website een voorbeeld uit de praktijk wanneer zorg of opvoeding van je kind (even) niet vanzelfsprekend loopt.

Plaats hier je reactie!


Je bericht wordt verzonden...